Deel 15, pagina 148-9:
    Vijf minuten later waren zij, met een gangetje van honderdtien kilometer, op weg naar Rotterdam, maar bij Dordrecht gaf Hennie Schol te kennen, dat hij eruit wilde.
    „Gaan jullie rustig verder; ik ga liever mijn eigen gang.”
    Daar had niemand enig bezwaar tegen.
    „Met genoegen,” zei pa Roos en opende het portier. „We hebben een interessante nacht gehad, mijnheer Schol, maar ik hoop u nooit weer te zien.”
    „Van harte hetzelfde,” antwoordde Schol. „En mijn sokken mag u houden. Goeden morgen.”
    Hij smeet het portier dicht en dook van de hoofdweg af.


    Suikerzakje van de stationsrestauratie van Dordrecht, waar Hennie Schol hoogstwaarschijnlijk een kop koffie heeft gedronken voor hij de trein naar Utrecht nam (vgl. p. 168).