Deel 14, pagina 112:
    „Wat Formosa? Wáár Formosa? Wat hebben wij met Formosa te maken? Het is een eiland vol Chinezen.”
    Jan deed zijn ogen wijd open.
    „O, nee. Het is een lunchroom in de Kalverstraat. Vol dames. En roomsoezen. Ik heb een juffrouw daar een rijksdaalder gegeven en ik kon niet wachten op wisselgeld. Ze is donkerblond en heeft een puntneus. Ik herken haar metéén....”


    Suikerzakje van Restaurant-Tearoom Formosa, dat dus niet alleen in Amsterdam bestond, maar ook in Den Haag en Hilversum.