Deel 13, pagina 34:
    De dikke, sproetige Arie Roos was met zijn Australische oom en idem tante plus zijn vader en moeder Roos naar de schouwburg geweest, had zich daar ijselijk verveeld, had zich echter bewonderenswaardig gedragen en gezegd dat ze allemaal mooi hadden gespeeld; had zijn vader, moeder, oom en tante van zijn eigen geld een kop koffie met mokkagebak aangeboden in Américain en was om half één thuisgekomen met het gelukzalige gevoel dat zijn tante en oom hem een zeldzaam beleefde en aardige jongen vonden.

    Kofferlabel van het „American Hotel”.
    In de pocketversie (p. 32) is de zin wat anders opgebouwd en staat niet meer „Américain”, maar het „American Hotel”.