Deel 8, pagina 35:
    De straatlantarens van de Soestdijkerweg straalden door de nu rustig neersijpelende regen heen ... op een auto die enkele tientallen meters verder, onder de dennen, stond geparkeerd. Bob liep erheen. Als Amerikaan herkende hij de wagen onmiddellijk. Het was een Oldsmobile van 1939; met gestroomlijnde, van achteren puntige koplampen en nikkelen wiggetjes aan weerszijden van de motorkap. De kleur was donkerblauw.

    Magneetje van een Oldsmobile-servicestation.