Schwarzenberg/Erzgeb., Markt:
    Na zijn vrijlating op 2 november 1868 leerde Karl May in Ernstthal Auguste Friederike Gräßler (* 7 februari 1848 , † 26 mei 1894) nogal goed kennen, de zus van smid Carl August Gräßler (* 1838 , † 1921) op de Neumarkt in Ernstthal. Broer en zus waren afkomstig uit Raschau bij Schwarzenberg. Na de dood van haar ouders (in 1855 resp. 1867) werd Auguste dienstmeisje, eerst in Schwarzenberg, vanaf 1870 in Chemnitz. Zij heeft Karl May meermaals opgezicht in de zogeheten „Karl-May-Höhle” ten noorden van Hohenstein en ook May heeft het meisje diverse malen opgezocht in Schwarzenberg, waar zij hem ook in het diepste geheim onderdak heeft geboden. Voor het laatst bezocht hij haar op 16 en 17 mei 1869. Op 10 juli 1869 verricht de politie huiszoeking bij haar, waarbij zij misschien wel voor het eerst de waarheid over Karl May hoort; in elk geval breekt het contact hierna af.
    Bij zijn bezoekjes aan Schwarzenberg heeft Karl May ongetwijfeld het stadhuis, oorspronkelijk uit de zestiende eeuw, maar na een brand in 1906 opnieuw gebouwd in Jugendstil, gezien - al dan niet bewust - of op z’n minst de klokken ervan gehoord: het is in Schwarzenberg al eeuwenlang traditie om de kleine klok, de Ratsglocke, ’s morgens en de grote klok, de Bergglocke, ’s avonds te luiden.
    © foto 2020