Leipzig, Breitkofstraße 5: Omdat Karl May in mei 1901 nog steeds geen manuscript had ingeleverd, toog Karl Hermann Zieger (* 1856 , 12 juni 1916) op 12 mei zonder afspraak naar Radebeul. Hij sprak naar verluidt, ongeveer een uur lang met Karl May, die net deed alsof hij een familielid van de gevierde schrijver was, door diens tuinpoort. Daarbij ervoer May welke hoera-patriottistische plannen Zieger en Joseph Kürschner (* 20 september 1853 , 29 juli 1902) met hun boek »China. Schilderungen aus Leben und Geschichte, Krieg und Sieg. Ein Denkmal den Streitern und der Weltpolitik« hadden. Op 21 november van dat jaar bracht May een tegenbezoek aan Kürschner, waarbij ondanks alles afspraken werden gemaakt voor verdere samenwerking. In Mays nalatenschap werd een manuscript »Gleichnis für Zieger« gevonden; het werd in 1923 voor het eerst gepubliceerd in het Karl-May-Jahrbuch 1923 onder de titel »Der Zauberteppich en vanaf 1954 onder die titel opgenomen in »Das Zauberwasser« (Gesammelte Werke, Band 48), maar vanaf 2000 in »Abdahn Effendi« (Gesammelte Werke, Band 81). © foto 2021. |